Over een paar weken is de verjaardag van mijn vader. Of beter: dan zou hij jarig zijn geweest, want hij is in 1999 overleden. Als hij nog had geleefd, zou hij deze maand 102 zijn geworden. Bij het opruimen van enkele spullen uit mijn ouderlijk huis kwam ik een document van mijn vader tegen: een vaccinatiebewijs uit april 1921. Het biedt een mooi inkijkje in taalverandering. Kijk je even mee?
categorie-archief: taalverandering
Dikke Van Dale als influencer?
“Het Engels rukt op in Het Nederlands en helaas ook in de Dikke Van Dale”. Dat is de titel van een stuk van Japke-d. Bouma in NRC vorige week. De aanleiding voor haar artikel was het verschijnen van de nieuwe papieren editie van de Dikke Van Dale. Bouma mocht tijdens de presentatie van het woordenboek “een praatje” houden. Dat deed ze “met een bezwaard gemoed”: “De Nederlandse taal is aan het afbrokkelen.” En wat ze nog erger vindt: Van Dale werkt daaraan mee. Hoezo?
Hoe onbekend kun je zijn?
Uniek en optimaal zijn al lang niet meer ‘absoluut’. Daar schreef ik vorig jaar al een blog over. Uniek betekent niet alleen ‘enige in zijn soort’, maar kan ook ‘uitmuntend’ of ‘voortreffelijk’ betekenen. Dat rechtvaardigt het gebruik van meest uniek. Hetzelfde geldt voor optimaal. Oorspronkelijk betekende het ‘best’, maar volgens de Taalunie kun je nu ook zo optimaal mogelijk zeggen en schrijven. Maar hoe zit dat met woorden die beginnen met on-? Zijn die schaalbaar?