Een paar weken geleden stuurde Taalpraatlezer Ineke dit bericht: “De laatste tijd valt me steeds vaker op dat die (en deze, hem enz.) wordt gebruikt om te verwijzen naar een het-woord, bijv. het meisje die, het kind die enz. Mijn studerende dochters hebben hier helaas een handje van, maar bijvoorbeeld op het NOS Journaal hoor ik het soms ook. Is dit een trend die jij herkent?” Het is moeilijk om te bepalen of het een trend is, maar dat die geregeld wordt gebruikt waar dat had moeten staan, is wel duidelijk.
tagarchief: dat
Twee regels
Vorige week dinsdag las ik op nos.nl in een artikel over het dalende aantal vacatures de volgende zin: “Ondanks de daling is er nog altijd krapte op de arbeidsmarkt, dat betekent dat er meer vacatures zijn dan werklozen.” Zie je iets geks aan deze zin? Zo nee, kijk dan eens bij regel 81 en 92 in mijn boek Als je BGRPT wat ik BDL. Dan weet je wat ik bedoel. Maar je kunt natuurlijk ook gewoon de rest van deze blog lezen.
Wat-angst
In ons streven naar correcte taal slaan we weleens door. Een voorbeeld daarvan is het gebruik van wat. Aan de ene kant gebruiken we wat geregeld waar dat beter op zijn plaats zou zijn (het kind wat, het huis wat). Aan de andere kant zijn we bang om wat te gebruiken waar het juist wel helemaal volgens de regels is.