Ja of nee?

In het appartementencomplex naast het onze hoorde ik vorige week in het voorbijgaan een oudere man tegen een meisje iets zeggen waarom ik moest glimlachen. Het ging waarschijnlijk om een opa met zijn kleindochter. Ik kende ze niet. Het meisje had zojuist iets gezegd dat ik helaas niet had gehoord en de man reageerde met: “Ja, nee. Wacht even.” Mensen doen dat vaker. Antwoorden met “Ja, nee”. Is dat niet gek?

Speeldrift
Ik lees op dit moment Speeldrift, een Nederlandse vertaling van een roman van de Duitse schrijfster Juli Zeh. Een van de personages in de roman is de directeur van een school waar een groot deel van het verhaal zich afspeelt. Die directeur – hij heet Teuter – begint zijn zinnen vaak met “Ja nee”:

* De directeur stond in het bovenste trapportaal tegen de balustrade geleund, alsof hij op hem gewacht gehad. ‘Ja nee, het principe van de hoop speelt precies als honderd jaar geleden op deze school een grotere rol dan waar ook.’
* ‘Ja nee, wat vindt u overigens van de verkiezingsuitslag?’ vroeg hij vriendelijk.
* ‘Ja nee, Smutek,’ zei hij, ‘als u een ogenblikje tijd hebt voor het begin van de les, komt u dan even mee naar mijn kamer.’

Stopwoord
Teuter spreekt in de drie voorbeelden met Smutek, een van de twee hoofdpersonages van het boek. Hij is docent Duits en lichamelijke opvoeding. Zoals u ziet, is het gebruik van “Ja nee” door Teuter eerder een soort stopwoord dan een reactie. In geen van de drie situaties is sprake van een vraag waarop hij reageert.

Wachtwoorden
Was het gebruik van “Ja, nee” door de man bij ons in de straat ook een voorbeeld van een stopwoord? Ik vermoed van niet. Ik hoor het wel vaker. Het is natuurlijk vreemd als iemand je iets vraagt en je zegt “Ja, nee”. Daarmee weet de vraagsteller nog niets. Wat opvalt, is dat er altijd iets achter staat wat uitsluitsel geeft. In het voorbeeld van de opa en zijn kleinkind: “Wacht even”. Dat is het echte antwoord. Waarom dan toch “Ja, nee” zeggen? Volgens mij is het geen stopwoord maar een denkpauze. Terwijl je het zegt, denk je na over wat je nu echt wilt vertellen. Met “Ja, nee” neem je de tijd en stel je je definitieve antwoord even uit. Het zijn ‘wachtwoorden’.

4 reacties op Ja of nee?

  1. Louis zegt

    De omgekeerde volgorde, “Nee, ja” hoor je nooit. Zegt dat nog iets?

  2. Marcel Lemmens zegt Berichtauteur

    Dat is een mooie opmerking en vraag, Louis! Ik heb er niet direct een antwoord op. Misschien zijn mensen in wezen positief en coöperatief ingesteld en is de eerste gedachte altijd instemmend.

  3. Ingrid Genis zegt

    Ik heb dit al eerder aangekaart, n.a.v. de gastcolumn van Emily Palmer “Keptsodruk” van 30 september 2019 (zie https://taalpraat.nl/2019/09/gastcolumn-keptsodruk/). Emily schreef als reactie op mijn opmerking eerst “Leuk om te lezen” en na aandringen van mij “Ik hoor dat eerlijk gezegd niet zo vaak”. Toen vroeg ik me af of er iets mis is met haar oren, want je hoort dit voortdurend om je heen. Pas 1 maand later bleek ze het toch wel te horen en zelf ook soms te zeggen. Voor de uitleg van Elsa valt ook wel wat te zeggen, maar dat lijkt mij niet in alle gevallen aan de orde. Het zou inderdaad kunnen dat het een denkpauze is, zoals jij oppert, Marcel. Maar daar zou zoiets als een langgerekt “uhh” ook voor kunnen dienen. Het is een vreemde gewoonte, die zeker voor buitenlanders die de Nederlandse taal proberen te leren nog een extra raadsel is. Het is en blijft verwarrend, want is het nu “ja” of is het “nee”?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *