Moeilijke woorden

Volkskrantjournalist Huib Modderkolk schreef 16 mei over de ‘sleepwet’ die er vijf jaar geleden niet kwam, maar er eigenlijk toch is. Dat wil zeggen, de inlichtingenwet is nooit door het parlement goedgekeurd, maar sluipenderwijs worden de maatregelen die de inlichtingendiensten zouden krijgen toch gewoon in de praktijk gebracht. Tot zover de achtergrond. In het krantartikel staat een boeiend stukje taal van de toenmalige minister Plasterk.

Het citaat
Dit is het verbluffende citaat dat Modderkolk aanhaalt: “Het intercepteren van alle communicatie in een bepaalde Nederlandse wijk of buurt voor een bepaalde periode (…) zal in geen geval de toetsing aan de wettelijke vereisten als proportionaliteit en subsidiariteit kunnen doorstaan. Een inzet om dergelijke redenen sluit ik uit.” Het was een reactie van Plasterk op vragen van kritische kamerleden en achterdochtige Nederlanders die bang waren dat alle communicatie van burgers in een wijk of buurt zou worden afgetapt en opgeslagen. Met de toezegging die hierboven staat, sloot hij dat uit, onder andere omdat het technisch niet mogelijk zou zijn. Maar de werkelijkheid is anders. Het kan technisch wel, dus het zal zeker ook gebeuren.

Proportionaliteit & subsidiariteit
Terug naar het citaat. Probeer dat als gewoon mens maar eens te snappen: intercepteren, proportionaliteit en subsidiariteit. Er gaan dagen voorbij dat ik deze woorden niet gebruik, maar er zitten twee kanten aan het verhaal. Eerst maar eens iets over proportionaliteit en subsidiariteit. Ja, het zijn moeilijke begrippen, maar ze hebben elk een specifieke technische betekenis die moeilijk in één woord is te vangen. De begrippen zijn ook wel uit te leggen (klik maar eens op de twee woorden hierboven), maar Plasterk verwijst in het citaat in feite naar een officieel document (Kamerstuk 34588) over wijzigingen in de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Daarin worden proportionaliteit en subsidiariteit als vereisten genoemd en van kamerleden mag worden verwacht dat ze zo’n document bestuderen en doorgronden. Het gebruik ervan is dan ook begrijpelijk.

Intercepteren
Maar hoe zit het met intercepteren? Dat staat niet in Kamerstuk 34588. Huib Modderkolk gebruikt het ook niet. Hij gebruikt aftappen. Ja, zo simpel kan het zijn. Plasterk had dat ook kunnen zeggen, maar hij koos ervoor om het fragment nog moeilijker te maken. Aftappen klinkt natuurlijk ook niet zo gezellig. Intercepteren komt overigens niet helemaal uit de lucht vallen, want in het kamerstuk is steeds sprake van interceptie, het zelfstandig naamwoord dus. Intercepteren staat nergens. Ook volgens de Dikke Van Dale bestaat het niet. Plasterk heeft op eigen houtje een nieuw werkwoord gemaakt.

Hoe zie jij dit?
Wat vind jij hiervan? Is het gebruik van intercepteren door Plasterk verklaarbaar en nuttig? Is het creatief taalgebruik? Of heb je hier iemand die indruk wil maken en dik wil doen? Hoe zie jij dit? Ik vermoed dat je wel weet hoe ik erover denk.

reactie op Moeilijke woorden

  1. George Coppens zegt

    Het Engels kent het woord “interception”. Het betekent “onderscheppen” en dat is minder onaangenaam dan “aftappen”. Plasterk moet over de knie wegens nodeloze dikdoenerij! Harde klappen, wat mij betreft!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *