Beeldspraak en beeldvorming

Officieel is de zomer weer voorbij. Het weer was hommeles en corona was nooit uit beeld, maar doordat ik lekker veel thuis was en binnen bleef, kon ik wel een paar boeken lezen die al een tijdje op mij lagen te wachten. Een van die boeken is Metaphors we live by van George Lakoff en Mark Johnson, een klassieker uit 1980. Best taaie kost, maar een paar inzichten over taal en metaforen wil ik graag met jou delen. Omdat het allemaal zo geweldig interessant is. En omdat het onderwerp elke dag relevant is.

Beeldspraak
“De essentie van metaforen is dat je iets begrijpt en ervaart in termen van iets anders.” Dat is volgens Lakoff en Johnson de kern van het gebruik van metaforen. Met het gebruik van een metafoor maak je iets duidelijk met een beschrijving van iets anders. Met taal die een ander beeld oproept. Daarom vind ik het Nederlandse woord beeldspraak zo mooi.

Warm aanbevolen
Lakoff en Johnson stellen dat alles we wat doen en denken metaforisch van aard is. Dat geldt voor de eenvoudigste woorden, zoals warm. In bijvoorbeeld warm aanbevolen heeft warm een positieve betekenis die verband houdt met het positieve karakter van het woord warm: ‘warm = goed’ en ‘koud = niet goed’. En dat warm positief is, heeft weer te maken met een oergevoel: de lichamelijke warmte die je al sinds je geboorte als positief ervaart en met de lichaamswarmte van je moeder associeert.

De tijd vliegt
Concepten vormen een centraal thema in het boek: we denken niet in woorden, maar in concepten. Die concepten zijn abstract en worden in het boek in hoofdletters beschreven, zoals LIEFDE IS EEN REIS, TIJD IS BEWEGING en THEORIEËN ZIJN GEBOUWEN. Enkele voorbeelden van taaluitingen die bij deze drie concepten aansluiten:

– We moeten ieder onze eigen weg gaan.
– Waar gaat onze relatie heen?

– De tijd vliegt.
– Het is tijd om in actie te komen.

– Wat is het fundament onder deze theorie?
– Er zijn geen resultaten die de theorie ondersteunen.

Dit zijn overigens niet de enige concepten die bij liefde, tijd en theorieën passen. Dat even voor de duidelijkheid. Vaak gaat het juist om een combinatie van concepten.

Sexy blondine
Het gebruik van metaforen brengt zowel valkuilen als kansen met zich mee. Voor mij een van de interessantste en tegelijkertijd evidente inzichten in het boek is dat je met metaforen nooit het hele verhaal vertelt. Je kiest woorden met een gericht doel. Een voorbeeld:

– Ik heb een sexy blondine voor ons feest uitgenodigd.
– Ik heb een beroemde celliste voor ons feest uitgenodigd.
– Ik heb een Marxist voor ons feest uitgenodigd.
– Ik heb een lesbienne voor ons feest uitgenodigd.

In alle beschrijvingen gaat het om dezelfde persoon. Met de woorden die je kiest, benadruk je steeds één aspect van die persoon en verhul je tegelijkertijd andere aspecten. Dat doe je bewust en daarmee zeg je iets over jezelf en jouw doel. Door de persoon een “sexy blondine” te noemen, verhul je bijvoorbeeld het feit dat die persoon celliste is.

Halve waarheden
Met metaforen – en dus met alle taal – vertel je nooit de hele waarheid. Politici maken daar gretig gebruik van en vertellen met hun metaforen graag halve of verdraaide waarheden. Wat bijvoorbeeld vanuit het perspectief van de VS “terroristen” zijn, zijn voor andere mensen “vrijheidsstrijders”. En zo legitimeert het gebruik van terroristen op een gegeven moment vanzelf een war on terror (wat ook weer een metafoor is). Mariëtte Hamers concludeerde op 2 september dat de gesprekspartners die betrokken waren bij haar deel van de kabinetsformatie vooral bezig waren met “beeldvorming”. Dat dus.

3 reacties op Beeldspraak en beeldvorming

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *