Hou vol!

Een trouwe Taalpraatlezer mailde me een paar weken geleden met een vraag over “Hou vol!” en “Houd vol!” Ze had beide varianten op verschillende lichtborden langs de weg gezien. Lichtborden waarmee lokale overheden ons een hart onder de riem wilden – en willen – steken. “Wat is het verschil tussen die twee?” vroeg ze. Het overduidelijke antwoord is: “De -d”. Maar daar heeft natuurlijk niemand iets aan. Hoe zit het nou precies?

Vorm
Volgens de taaladviesdiensten van de Taalunie en het Genootschap Onze Taal kun je de -d in een aantal gevallen zonder problemen weglaten. De taaladviesdienst van Onze Taal schrijft:

“Het weglaten van de d is mogelijk bij de werkwoorden glijden, houden, rijden, snijden en uitscheiden (‘ophouden’), of samenstellingen daarmee, zoals doorrijden, ophouden en uitglijden.”

Het weglaten van de -d kan bij:

  • de ik-vorm: ‘Ik hou van jou’; ‘Ik schei ermee uit!’;
  • * de gebiedende wijs: ‘Glij niet uit!’; ‘Hou op!’;
  • * de jij-vorm als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat: ‘Straks snij je je nog’, ‘Rij jij of rij ik?’

Gebruik
Is er een verschil in het gebruik van deze vormen? Onze Taal schrijft er het volgende over:

  • In teksten met een informele toon gaat de voorkeur uit naar hou, net als in de spreektaal.
  • In iets zakelijker teksten en in formele uitingen is het gebruikelijk om de d van houd wel te schrijven. Houd komt wat netter en verzorgder over dan hou.

Een kwestie van gevoel
De theorie lijkt duidelijk. Volgens de twee gerenommeerde taaladviesdiensten is er geen verschil in betekenis, maar wel in stijl en register. Toch is het opvallend dat je op lichtborden in de openbare ruimte beide vormen ziet. Zou de ene gemeente nu echt graag een zakelijke toon aanslaan en bewust voor de vorm met -d kiezen en de andere voor een informele toon met hou, rij enzovoorts? Ik geloof er niets van.

Het gaat overal om dezelfde soorten burgers en weggebruikers. Ik denk dat bij bijvoorbeeld hou/houd en rij/rijd het onderscheid tussen formeel en informeel is vervaagd. Misschien dat een enkeling krampachtig vasthoudt aan schoolregels, maar de meeste taalgebruikers hanteren die toch al niet bewust. Zij spreken en schrijven Nederlands op gevoel. En als het gevoel zegt dat het kan en als niemand er zich aan stoort, dan gebruiken we de twee vormen toch gewoon lekker door elkaar. En dat gebeurt ook. Met of zonder -d in zowel formele als informele teksten. Niemand maakt zich daar druk over. Of wel?

Een kwestie van gemak
Een andere veronderstelling: misschien zeggen de meeste mensen hou, rij, glij enzovoorts, omdat dat makkelijker is uit te spreken. Het kost minder inspanning. Het is een vorm van spreekgemak en taalefficiëntie. Dat verklaart wellicht waarom de vorm zonder -d bij een “informele toon” en “spreektaal” hoort. Als ik bijvoorbeeld tegen iemand zeg dat hij rechtdoor moet rijden, zeg ik: “Rij rechtdoor” en niet “Rijd rechtdoor”. In die zin klopt de beschrijving van de Taalunie en Onze Taal. De vraag blijft: kiezen dezelfde mensen die in gesproken taal de vorm zonder -d gebruiken toch de vorm mét -d zodra ze “zakelijker” of “formeler” schrijven? Ik heb daar mijn twijfels over. En u?

PS
Waarom kun je wel “Rij voorzichtig” en “Hou vol” zeggen, maar niet “Mij de file”? Oftewel: waarom kun je bij het ene werkwoord met een stam eindigend op -ijd de -d wel weglaten en bij andere werkwoorden niet?

reactie op Hou vol!

  1. Arnoud van den Eerenbeemt zegt

    Dankzij tijdige NIPD (niet-invasieve prenatale diagnostiek) wist de verloskundige de zwangere nipt voor een gecompliceerde bevalling te behoeden: “Mevrouw, ik adviseer u een niet-invasieve prenatale test oftewel een NIPT. Houdt u vooral vol tijdens de baring!” Hoewel, ‘vol()houden’ lijkt mij bij een verlossing ongewenst. ‘Laat het maar gaan’ past beter. 😉

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *