Kokende aardappels

aardappelsHebt u ooit al eens kokende aardappels gezien? Waarschijnlijk niet. Toch kijkt u niet vreemd op van een zin als: ‘Wanneer de aardappels koken, draait u het vuur wat lager.’

Metonymie
Kokende aardappels bestaan niet. Als je zegt dat de ‘aardappels koken’ verwijs je in feite naar het kokende water waarin de aardappels zich bevinden. Het is een voorbeeld van metonymie, een stijlfiguur waarbij je op een indirecte manier iets zegt of schrijft en waarvan toch iedereen weet wat je bedoelt. Het gaat gewoonlijk om ingeburgerde omschrijvingen. Een paar voorbeelden:

  • Den Haag benoemt ambassadeur in Suriname.
  • Brussel besluit tot beperkte concurrentie op Europese gasmarkt.
  • De koelkast stinkt.

Met Den Haag wordt de regering bedoeld; met Brussel de Europese Commissie. In het derde voorbeeld is het niet de koelkast zelf die stinkt, maar iets wat in die koelkast ligt.

Efficiënt
Mijn stelling is dat metonymie taal niet alleen spannender en interessanter maakt, maar ook efficiënter. In de zinnen hierboven zijn Den Haag en Brussel in feite beknopte weergaves van ‘de in Den Haag zetelende regering’ of ‘de Europese Commissie in Brussel’. In plaats van ‘er ligt iets te stinken in de koelkast’ zeg je ‘de koelkast stinkt’ en in plaats van ‘het water in de pan met aardappels kookt’ spreek je over ‘kokende aardappels’. Wel zo handig.

Grappig
Meestal werkt dit soort efficiënt taalgebruik prima, maar soms roept het komische beelden op. Zo deed Kees Broere een paar maanden geleden in het NOS Journaal verslag van de presidentsverkiezingen in Nigeria. Uit de woorden van Broere bleek dat niet alleen veel burgers in de hoofdstad Lagos blij waren: ‘Er rijden auto’s toeterend van vreugde door de straten.’ De auto’s blijkbaar ook.

2 reacties op Kokende aardappels

  1. Pingback: Efficiënte beeldspraak | Taalpraat

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *