Vorige week donderdag ging het in EenVandaag over een kolencentrale in Rotterdam die belastender voor het milieu blijkt te zijn dan afgesproken. Aan het woord kwam een omwonende.
Voorbeelden
Een omwonende. Wat een vreemde woordcombinatie. Eerst een paar voorbeelden voordat ik uitleg waarom ik het vreemd vind:
- De omwonenden van een uitgebrande verfwinkel in het centrum van Zoetermeer zijn dinsdagochtend naar hun woningen teruggekeerd. (www.omroepwest.nl, 16 september 2014)
- Op dinsdag 27 mei zal er bij café Non Plus Ultra een infoavond plaatsvinden ten behoeve van omwonende van het parcours van de Rijzendeweg Challenge 2014. (www.rijzendewegchallenge.nl)
- De intensieve veehouderij zorgt de laatste jaren voor veel ongerustheid bij de omwonende. (mens-en-samenleving.infonu.nl)
- Het is onzeker of de brommer- en autocross in Brouwhuis op 27 en 28 september kan doorgaan. Een omwonende heeft de vergunning aangevochten. (Eindhovens Dagblad, 18 september 2014)
- Een omwonende van het dierenpark van het Duitse Mönchengladbach heeft een rechtszaak aangespannen omdat de zeehonden er volgens hem te luid briesen. (nu.nl, 18 september 2014)
Drie vormen
Omwonende(n) kan op drie manieren worden gebruikt:
- in het meervoud: omwonenden
- in het enkelvoud in een generieke betekenis, met de: de omwonende
- in het enkelvoud in een specifieke betekenis met een: een omwonende
De eerste betekenis is helder. Het gaat om een groep mensen die in de buurt van (‘rondom’) een nader gespecificeerde plaats wonen. Ook de tweede betekenis past in het gebruikelijke patroon. Denk maar aan soortgelijke vormen als de zieke, de oudere, de kreupele. Het woord heeft weliswaar een enkelvoudige vorm, maar verwijst in feite naar een groep of categorie mensen. Opvallend genoeg ontbreekt in het tweede voorbeeld hierboven het lidwoord de.
Lid van een groep
Het derde gebruik is voor mij wel heel verrassend: hoe kan één persoon ‘om’ een plaats wonen? Je kunt natuurlijk beredeneren dat die ene omwonende naar wie een omwonende verwijst, in feite een lid van een groep omwonenden is, maar het voelt vreemd aan. Ten minste, voor mij wel. Maar ja, het werkt wel. En hoe moet je zo iemand anders noemen?
Bij één persoon kun je wellicht beter kiezen voor “buurtbewoner”. Er zijn ongetwijfeld nog meer beter passende voorbeelden te bedenken.
In het tweede voorbeeld ontbreekt volgens mij niet het lidwoord ‘de’ maar bedoelde de schrijver ‘ten behoeve van omwonendeN’.