Taalgebruikers hebben hun eigen logica. Neem het woord bikini. Je zou denken dat het uit twee delen bestaat: bi + kini. Maar dat is niet zo. Ten minste, dat is niet zeker.
Atol
In diverse etymologische woordenboeken kun je lezen dat het woord bikini is geïntroduceerd door de Franse modeontwerper Louis Réard. Dat gebeurde in 1946: “vier dagen na de eerste atoomproeven op de atol Bikini bij de Marshall-eilanden” (Etymologisch Woordenboek van het Nederlands). Misschien heeft bij de naamgeving van het nieuwe badpak wel meegespeeld dat het uit twee delen bestaat, maar dat is niet zeker. Bovendien: wat is (een) kini? Een andere theorie is dat de bedenker van de bikini verwachtte dat het kledingstuk zou inslaan als een bom. Maar goed, dat doet er allemaal niet meer toe. Taalgebruikers houden zich doorgaans niet met etymologie bezig. Zij zijn pragmatisch en gebruiken taal zoals het hen uitkomt. En zo werd –kini productief en kennen we sindsdien onder andere monokini, microkini en zelfs het uiterst creatieve nokini (naakt dus).
Boerkini
Maar daar houdt het niet op. We hebben ook al de boerkini (ook: burkini, bourkini en burqini) en sinds kort de facekini. Het bijzondere aan deze badpakken is dat ze in feite in geen enkel opzicht op een traditionele bikini lijken. Een boerkini is ‘een tweedelig badpak met mouwen, lange pijpen en een hoofddoek’ (Wikipedia). Tweedelig heeft in boerkini dus een heel andere dimensie gekregen. Het vreemde is dat een boerkini noch een bikini noch een boerka is. Een boerka bedekt immers ook het gezicht, de handen en de voeten van de draagster. Dat doet de boerkini niet. Creatief taalgebruik dus.
Facekini
In de Volkskrant een paar weken geleden: “Chinese vrouwen dragen zogeheten ‘face-kini’s’ tijdens een duik in de Gele Zee. De gezichtsbedekking houdt hun huid blank, iets waar Chinese vrouwen belang aan hechten. Sommigen vinden het ook prettig om anoniem te kunnen rondlopen in badkleding.” NRC Handelsblad noemt de facekini ‘een soort gezichtsbikini’. Mijn neus. De facekini is gewoon een opgepimpte bivakmuts voor vrouwen. Een modieuze variant van de alomtegenwoordige hoofdbedekkingen die we dagelijks in het nieuws zien, bij onder andere de strijders en beulen van IS en bij de separatisten in Oekraïne. Daar gaat het overigens helemaal niet om het blank houden van de huid of om baden. Bij hen draait het alleen om anonimiteit. Het zijn oorlogskini’s, beulskini’s, vechtkini’s, strijderkini’s, separatistenkini’s, terrokini’s. Vooral voor mannen dan.
Dit verhaal moet geschrven zijn door een echte kinisist. Terrokini, woord van de maand/het jaar! Mooie vondst, maar gevoelsmatig compleet tegenstrijdig met de andere kini’s.
Geef mij maar een microkini in Burkina Fasso!
Sinds wanneer wordt het woord nokini gebruikt?